zondag 30 oktober 2011

Over vrijwilligerswerk in Afrika en andere goede doelen...

Na onze ervaringen met ontwikkelingssamenwerking en de gesprekken die we hadden met elkaar en andere reizigers, lijkt het interessant om enkele gedachten op een rijtje te zetten.

Evy & ik zijn ervan overtuigd dat we tijdens onze tijd in Afrika iets nuttig willen doen, een bijdrage leveren. Maar wat is iets nuttig doen? Pillen in zakjes steken in het districtshospitaal? Spuitjes geven aan zieke kinderen? Enkele pianolessen geven? Engelse taallessen geven aan de staff van de lodge?

In Malawi maakten we kennis met twee verschillende projecten. Het project in de lodge draaide vierkant en de kans dat onze bijdrage op lange termijn nuttig was, dan wel constructief, was miniem. Want hoe nuttig is het om gedurende enkele weken wat Engels te leren aan de staff als je niet weet of een volgende vrijwilliger dat ook zal doen? Waarom zouden wij als vrijwilliger enkele maanden de coördinatie overnemen, als de boel tussen de verschillende vrijwilligers door, geleid wordt door de lokale staff? Als er geen continuïteit is, vragen wij ons af, hoe nuttig is kan onze bijdrage dan zijn?

Music Crossroads, het tweede project, loopt erg goed. Volledig in handen van Malawianen – met funding van buitenaf – had dit project een duidelijk visie en ze slaagde er ook in deze waar te maken. Dit project draaide erg goed zonder hulp van buitenaf, en de meerwaarde die wij (lees: Evy) konden bieden was dan ook beperkt. Evy gaf er enkele pianolessen aan drie muziekleraren. Die drie waren er haar erg dankbaar voor. Maar dan kwam weer de vraag: Wat zullen ze ermee doen eens Evy weg is?
Hier was de vraag voor ons dan eerder: welke meerwaarde kunnen wij bieden? Wat kunnen wij bijdragen op korte termijn, waar de organisatie en hun mensen op lange termijn iets mee kunnen?

Ontwikkelingssamenwerking, en voor ons dan vrijwilligerswerk, moet aan enkele voorwaarden voldoen.
Het spreekt voor zich dat elke vorm van ontwikkelingssamenwerking een antwoord moet bieden op een hulpvraag of een nood van een gemeenschap.
Voor ons is het ook belangrijk om voldoening te krijgen uit hetgeen we doen. Pillen in zakjes steken, mag dan wel het personeel van het ziekenhuis ontlasten, erg boeiend is het niet. (Zeker niet als je vaststelt dat het personeel met hun ‘extra tijd’ de krant gaat lezen.)
Het belangrijkste, naar ons idee, is dat er toekomstperspectief moet zijn, een visie, duurzaamheid, er moet continuïteit zijn. Uiteraard kan het erg leuk zijn om in een plaatselijk schooltje enkele weken Engels te geven. Het antwoord misschien op een hulpvraag van een gemeenschap en je krijgt er waarschijnlijk wel voldoening van. Alleen, wat is de meerwaarde als het enkele maanden of jaren duurt eer er nog eens een sympathieke blanke passeert die tijd en zin heeft om enkele weken Engelse les te geven? Is het dan niet eerder een druppel op een hete plaat dan echte hulp?

Na onze ervaringen in Malawi, blijven we met een beetje op onze honger zitten. Heel veel vierde pijler projecten zijn gestart vanuit goede bedoelingen, maar sterven na verloop van tijd een stille dood. Andere projecten draaien erg goed en hebben dan ook geen extra ‘hulp’ nodig.

Ondertussen blijven Evy & ik uitkijken naar een project. Een project waar we voor onszelf voldoening kunnen uithalen, dat ook een meerwaarde biedt voor ‘de gemeenschap’ én waarin continuïteit verzekerd wordt.
Hoewel de kans klein lijkt dat we zoiets zullen tegenkomen, blijven we onze ogen en oren open houden. En we hopen van harte dat jullie thuis duimen voor ons!


Een erg interessant artikel over ‘voluntourism’ (jawel, er bestaat een term voor!), vinden jullie via deze link (dank je Tina!)

woensdag 26 oktober 2011

Mount Mulanje

Onze eerste trekking zit erop! We kozen voor het Mulanje massief helemaal ten zuiden van Malawi. Een massief op een hoogte van ongeveer 2500m met als hoogste top Sapitwa op 3002m.

Op mijn eerste echte trekking was het gezelschap van een ervaren berggeit (Wim dus) een heuse troef. Mijn lieve macho, die zijn eer hoog wilde houden, wilde geen beroep doen op ander mannelijk gezelschap en deed dus dienst als gids én rugzak-drager (een persoonlijk ezeltje dus). Handig toch, met een hoogteverschil van bijna 1000 meter per dag!
Voor de eerste twee dagen werden we verplicht om toch een gids te nemen. “het is voor de veiligheid meneer”. John was onze gids en vertelde tijdens de eerste klim al klaar en duidelijk dat het hem enkel voor het geld te doen was. (H)eerlijk toch!
De eerste dag vertrokken we vanuit Likhubula richting Chambe. In amper 3u stegen we meer dan 1000m, om in de Chambe hut te overnachten op zo’n 1900m.
Dag twee bracht ons in 3uurtjes naar de Chisepo hut, aan de voet van de klim naar Sapitwa. Omdat onze beentjes wel meer aankonden, besloten we in de namiddag een wandelingetje te maken en zo belandden we in Otto’s Valley, waar we heerlijk konden zwemmen in héél koud water.

De berghutten in het massief doorstaan vlot de vergelijking met Schotse berghutten en komen zelfs in de buurt van de Noorse. Elke berghut wordt bemand door een watchman die voor hout & water zorgt. Erg aangenaam dat je geen hout meer moet kappen na enkele uren stappen...

Het hoogtepunt van de 5-daagse was dag 3: de peak Sapitwa op 3002 meter, die we samen met twee Duitse madammen en hun gids beklommen! Stevig klauwteren vanaf 5u30 ‘s ochtends, af en toe echt gekkenwerk, maar hoogtevrees was gelukkig bij niemand te bespeuren! Het bereiken van de top drie uur later was een opluchting: prachtig uitzicht, super heldere, zonnige ochtend en een graanreep met chocola! Maar de echte ontlading kwam toch pas toen we weer bij de hut aankwamen, tegen de middag...

In de namiddag trok alles dicht en brak er op korte tijd een gigantisch onweer met hagelbollen los zoals we er nog niet dikwijls een gezien hadden! Op onze weg naar het dal waren we twee locals gekruist, die dus op het moment van onweer nog op de berg zaten. Beekjes veranderden in een mum van tijd in wildwaterrivieren en gigantische watervallen. Bij klaarlichte dag werd het plots heel donker en mistig, het zicht moet dus bijzonder beperkt geweest zijn. Gedurende anderhalf uur hebben we met een klein hartje de komst van deze twee locals afgewacht... Net voor zonsondergang kwamen ze beneden aan, zwaar onder de indruk van de weersomstandigheden, ijskoud en hun God bijzonder dankbaar voor zoveel geluk. Een intens moment om een intense dag af te sluiten!

Op dag 4 scheen de zon weer en het leek wel of het helemaal niet gestormd had en dus trokken we vrolijk én zonder gids naar de volgende hut. Via Lichenya trokken we naar de CCAP hut, een oude hut die bewoond werd door een erg vriendelijk en schattig oud meneertje!
Op onze laatste dag was het dalen, dalen, en dalen. Moe maar voldaan kwamen we weer aan in Mulanje. De drukte & de hitte overvielen ons sterk na enkele dagen in de rustige natuur.

Mijn lieve macho heeft de uitdaging vlot doorstaan en krijgt een pluim voor bewezen diensten als gids, drager en motivator! Voor herhaling vatbaar dus!












maandag 17 oktober 2011

Over scrabble tussen de olifanten en andere apen

Woensdagochtend vertrokken we zoals gepland uit Lilongwe, richting Liwonde National Park, in het zuiden van Malawi.
In Liwonde aangekomen, botsten we op de langharige Pieter, een Zuid-Afrikaan die een Safari Camp uitbaatte. Of we zin hadden om dieren te tellen in het NP? Tuurlijk! Of we kampeergerief bijhadden? Nope... Geen probleem, ik heb wel iets. Hebben jullie eten bij? Euh, nope... Geen probleem! Ik wist dat jullie zouden komen en heb voor alles gezorgd! Euh, ok dan maar...
Naast het NP is een sanctuary, waar men zeldzame dieren in alle rust laat voortplanten, vooraleer enkelen van hen in het NP gezet worden. Dit is begonnen met twee (twee van de laatste 20 ter wereld ofzo) zwarte neushoorns, maar er zitten ook olifanten, buffalo’s, nijlpaarden, ... . Elk jaar in oktober worden er gedurende 5 dagen dieren geteld. Zo heeft men een idee hoe het gaat met het libido van de dieren...
Die telling gaat als volgt: enkele blanke vrijwilligers (wij dus, en véél US Peace Corps Volunteers) kruipen samen met een ranger in een kijkhut. Je weet wel, zo’n ding waarin biologen kruipen om gebiologeerd en muisstil naar de beestjes te kijken. Die ranger is trouwens ook gewapend. Euh, is het hier gevaarlijk dan? Nee hoor, verzekerde hij, maar soms komen de olifanten te dicht bij het kijkhutje, en dan schieten we in de lucht om ze weg te jagen. Leuk...
Het was ondertussen woensdagnamiddag en Evy & ik zaten samen met ranger Mavuto in de hut aan waterhole 4. Stilte en kijken maar... Het duurde niet lang of we zagen de eerste dieren. Whartogs in overvloed (de Pumba’s uit de Leeuwenkoning), impala’s, waterbucks, en nog vanalles. Na een uur of twee zagen we in de verte door het struikgewas enkele buffalo’s. Het is te zeggen... Onze ranger begon moedig te tellen wanneer ze in en rond het waterplasje stonden en hij telde er – hou je vast – 173! Nu, ik was niet veel gewoon (de buffels in de Zoo zijn mijn referentie), en die 173 beesten bij elkaar, groot & klein, dik & dun, waren redelijk indrukwekkend! Na 3u diertjes kijken, werden we afgelost door de volgende ploeg.
De avond sloten we af aan het kampvuur, waarna we moe (we waren om 5u opgestaan) maar voldaan ons tentje in kropen. Donderdag kropen we opnieuw in een kijkhut, helaas zonder veel speciaals.
Plots vond Pieter het goed geweest en gingen we met z’n allen terug naar het Safari Camp. Wat een gezellig kamp! Zowel de dorm als de bar en heel het camp waren echt uitnodigend en superrelax. We bleven er nog twee nachten om een beetje te genieten van de stilte en de rust. Zo werden we vrijdagnamiddag tijdens het scrabblen afgeleid door vijf olifanten die passeerden. Heerlijk!

Ondertussen zijn we in Blantyre. Dit is na Lilongwe de grootste stad van het land, maar erg veel valt er niet te beleven. Dus morgen trekken we richting Mulanje! Een bergmassief aan de grens met Mozambique, waar we enkele dagen aan onze fysiek gaan werken.



1 buffel, 2 buffels, veel buffels!



Wim was er toch niet helemaal gerust op...



Evy's favoriet: de sabelantiloop



Evy & de baobab werden al snel dikke vrienden!






Sfeerbeelden uit Liwonde NP

Leven als God in Afrika...



Dumbo en z'n vriendjes waren ook van de partij.



"Ey Juul, edde gij oek die drei in da kotteke gezien?"




Mavuto en Evy: buffels tellen!



Op uitkijk in onze 'hide'.

dinsdag 11 oktober 2011

Every problem has an expiry date

Als het kriebelt moet je reizen... en dat is precies wat wij gaan doen vanaf woensdag.

Na 5 weken Lilongwe, verlaten we de hoofdstad om te gaan reizen.
Doorheen het zuiden van Malawi, richting Mozambique.

We vertrekken hier met een dubbel gevoel. In het KwasaKwasa-project hebben we veel frustratie gekend, omwille van moeilijke communicatie met België en andere ideeën over wat ontwikkelingssamenwerking zou kunnen of moeten zijn.
Anderzijds hebben we hier op die 5 weken ook een hoop leuke mensen leren kennen, zowel mzungu’s als locals, hebben we een kijkje genomen in een lokaal ziekenhuis & hebben we Music Crossroads van dichtbij leren kennen. Fantastisch hoe zij met muziek het beste uit de jongeren weten te halen!

Woensdag trekken we richting Liwonde National Park waar we olifanten en nijlpaarden gaan opzoeken. Na de beestenboel duiken we het Mulanjemassief in, om enkele dagen rond te trekken. Prima vooruitzichten dus!

To all the nice people we have met in Lilongwe, including Greg & Tom, the staff from the Kwasa Lodge & the people from Music Crossroads: ZIKOMO KWAMBIRI !!!